HZ&PC: 1933-1942
1933-1942: Stilstand en achteruitgang

Zorgen over geld, water en leden

De eerste jaren van het bestaan van HZ&PC worden gekenmerkt door aanhoudende zorg over het het zwemwater, geld en het aantal leden.
Al in 1933, twee jaar na de opening van het in die tijd moderne zwembad Oranjewoud stapelen zich de zorgen op over het de kwaliteit van het zwemwater in het nieuwe bad. Hoewel niet de eerste zorg voor de nog jonge zwemvereniging, maar toch. Het had duidelijk zijn weerslag op het aantal leden dat sedert de oprichting gestaag terugliep.
Niet voor niets trok het toenmalige bestuur aan de bel bij de Vereniging Bad-en zweminirchting Heerenveen over de kwaliteit van het zwemwater. dat water betroebelde namenlijk (werd groen en ondoorzichtig). Uiteindelijk en na veel wikken en wegen besloot het bestuur een pomp en filtreermachine te kopen die de illustere naam “Ivan” meekreeg. De kosten bedroegen f. 10.000,00 (in euro’s rond de 4.700,00). Er moest politiek nog wel wat water door de Tjonger stromen voordat beide gemeentebesturen (Schoterland en Aengwirden) waar toen de plaats Heerenveen in lag het besluit namen een financiele bijdrage te geven aan deze machine.
Financieel ging het ook niet goed met de vereniging. In 1936 kon HZ&PC zijn verplichtingen naar de KNZB niet meer voldoen en het zag er naar uit dat het lidmaatschap moest worden beรซindigd. Tussen KNZB en HZ&PC werd een regeling getroffen zodat HZ&PC toch lid kon blijven en deelnemen aan activiteiten (zwem-en waterpolowedstrijden) van de KNZB.
De uitgebroken oorlog in 1940 verergerde het financiele probleem alleen nog maar meer. Om tijdens het tienjarig bestaan van de vereniging in 1941 de clubkas wat te spekken werd besloten om een toneelstuk op te voeren. Dat toneelstuk heette “Toch Zwemmen” en ging over een jongetje dat niet kon zwemmen, maar later toch naar het zwembad ging.

Sportieve succesjes

Ondanks alle problemen waarmee de club in deze eerste jaren worstelde waren er toch wel wat opmerkelijke sportieve successen te noteren.
Met name het waterpolo was in de beginjaren succes. Zo nam de vereniging in 1933 deel aan de reguliere KNZB-competite. HZ&PC leverde in deze tijd (1933-34) zelfs twee spelers aan het Friese zevental. Op 7 juli 1933 versloeg het zevental van HZ&PC het onverslaanbaar geachte zevental van de Zwolse vereniging ZB&VV in eigen zwembad met 4-2. Een behoorlijke sensatie in die tijd. Maar ondanks de sportieve successen besloot het bestuur als gevolg van de financiรซele situatie van de vereniging het zevental terug te trekken uit de 3e klasse van de landelijk KNZB competitie en de poloรซrs alleen in te schrijven in de kringcompetitie.
Van het zwemfront is in deze tijd weinig te melden. In 1936 mocht HZ&PC in verband met het vijfjarig bestaan het eerste grote toernooi organiseren: de juniorenkampioenschappen van het noorden.
De wedstrijden, zo lezen we in de krant, werd geteisterd door kou, regen en wind. De Heerenveense zwemmers wisten tijdens dit toernooi geen potten te breken, alleen Geetje Hottinga wordt genoemd als prijswinnaar: op de 100 meter schoolslag in 1.35,2 zwemt zij naar een eerste plaats.

De komst van badmeester Schuiveling

Rond 1935 wordt het heel erg stil rond HZ&PC. Op papier bestaat de vereniging, maar is sprake van weinig activiteit, maar dat verandert snel als ene Henk Schuiveling aan de badrand verschijnt.
Henk Schuiveling wordt aangetrokken door de Vereniging bad-en zweminrichtng als chef-badmeester. Hij volgde in die hoedanigheid (“oom”) Yke de Vries op, jarenlang badmeester en bovenal trainer van HZ&PC.
Dat Schuiveling in Heerenveen terrecht kwam is zeker de verdienste van de voorzitter en oprichter van HZ&PC, de heer Winkel. Hij “ontdekte” Schuiveling als zwemleraar/trainer tijdens een vakantie in Valkenburg, waar Schuiveling werkzaam was. De zoon van Winkel kreeg van Schuiveling tijdens die vakantie (zwem)les en leerde starten, keren en nog een paar “handigheden” voor het (wedstrijd-) zwemmen. Winkel was daar zo van onder de indruk dat hij Schuiveling vroeg vooral te solliciteren naar de functie van chef-badmeester iin Heerenveen.
Schuiveling was overigens niet de enige die solliciteerde naar de functie: er waren nog 150 belangstellenden.
Toch viel de keuze op Schuiveling en Winkel zal zeker een rol hebben gespeeld in die keuze.
Schuiveling bleek voor zowel de Vereniging bad-en zweminrichting Heerenveen als voor HZ&PC een aanwinst te zijn. Schuiveling trok de vereniging vanaf 1936 weer uit het moeras en bleef de verenging trouw tot 1967 en bleef zijn hele werkzame leven chef-badmeester in Heerenveen.
De oorlog deed opgaande (sportieve) lijn van HZ&PC dei Schuiveling vier jaar daarvoor had ingezet net zo abrupt weer te stoppen als het begon.
Maar na 1942 bloeide de vereniging ondanks alle alle moeilijkheden weer (sportief) op.